Tegen het einde van het Goreyo-tijdperk tracht de koning van de Goreyo-dynastie de Chinese overheersing door de Yuan-dynastie (Mongolen) van zich af te schudden en een echte onafhankelijke staat te stichten. Van jongs af aan worden jongeren getraind voor zijn paleiswacht van 36 jonge soldaten. Een van hen, Hong-rim, wordt niet alleen de militaire commandant van dit elitekorps maar ook de minnaar van de koning. Wanneer de koningin, een prinses van de Yuan-dynastie, maar niet in verwachting raakt, besluit de koning dat zijn minnaar met haar het bed moet delen om voor hem een troonopvolger te verwekken. Diens aanvankelijke tegenzin slaat al gauw om, met alle gevolgen van dien voor het drietal direct betrokkenen.